De problemen met bodempathogenen nemen de laatste jaren in verschillende gewassen toe. Door het wegvallen van de gebruikelijke chemische bodemontsmettingsmiddelen of het inperken van de dosis ervan zijn deze ziekten alsmaar moeilijker te beheersen. Om de teelt van bepaalde gewassen rendabel te houden, dringen alternatieve methoden zich op.
Het LA-traject ‘Duurzame alternatieven voor chemische bodemontsmetting (ALTCHEM)’ dat van start ging op 1 juni 2020 is een samenwerking tussen de praktijkcentra Inagro (projectcoördinator), het Proefstation voor de Groenteteelt (PSKW), PCG, het Praktijkpunt Landbouw Vlaams-Brabant, en ILVO.
Voor de analyse van micro-organismen is er een nauwe samenwerking met Scientia Terrae. Het project zal verschillende mogelijkheden nagaan van niet-chemische bodemontsmettingsmethoden waaronder stomen, anaërobe bodemontsmetting, solarisatie, biofumigatie en microgolven en deze valideren in zoveel mogelijk bodemtypes en teeltomstandigheden in de praktijk. Ook het inzetten van micro-organismen zal worden bekeken, eventueel in combinatie met één van de voorgaande methoden. De evaluatie en optimalisatie van deze methoden gebeurt in de pathosystemen Rhizoctonia (zwartrot) in kropsla, Pythium (vergelingsziekte) in veldsla en Sclerotinia in grondwitloof.
Daarnaast zullen we ook kijken naar hoe we de impact van bepaalde bodemontsmettingsmethoden kunnen beperken. Zo zullen we bij het stomen bijvoorbeeld nagaan of we het energieverbruik kunnen verlagen en of we reststromen of meer duurzame energiebronnen kunnen gebruiken om de stoom op te wekken.
Anne Waverijn
ALTCHEM wordt gefinancierd door het Agentschap Innoveren en Ondernemen (Vlaio), met cofinanciering van LAVA, Boerenbond, Biobest, Clause, Eurofat NV, UPL, Aphea Bio, Deceuster NV, Koppert, Simox en Thatchtec.
