Het CCBT vzw werd opgericht in het kader van het Strategisch Plan Biologische Landbouw van de Vlaamse Overheid. CCBT gaat voor innovatief, vraaggedreven en praktijkgericht onderzoek en voorlichting.
De teelt van komkommer in tunnel vormt voor vele telers nog een uitdaging en er heersen nog een aantal praktische vragen rond. De meest voorkomende vragen gaan over de bestrijding van spint, de zinvolheid van het gebruik van geënte planten in een tunnel en het ideale moment om een tweede planting komkommer te doen. Het doel van dit project is om telers een antwoord te bieden op bovenstaande vragen zodat ze weloverwogen keuzes kunnen maken die bijdragen tot een succesvolle en economisch rendabele komkommerteelt.
Bio beschutte teelten
Om antwoorden te vinden op een aantal teelttechnische vragen rond komkommerteelt in tunnel, werd een koepel opgeplant met komkommers. Binnen deze proef willen we nagaan of geënte planten in tunnel een meerwaarde kunnen vormen en evalueren we verschillende technieken om spint onder controle te houden. Tot op heden is er echter nog geen spint in de teelt waargenomen. Op dit moment lijkt valse meeldauw in onze koepel de bovenhand genomen te hebben.
Op dinsdag 20 juni 2023 vond naar goede jaarlijkse gewoonte het proefveldbezoek bio beschutte teelten plaats op PCG. De lopende proeven in zowel de verwarmde serres als de koepels werden toegelicht. Naast de geïnteresseerden waren ook donkere onweerswolken aanwezig die meer dan welkome regen met zich meebrachten. Gelukkig hielden we het droog tot de uitleg bij de laatste koepel.
De teelt van bio komkommer in tunnel vormt voor vele telers nog een uitdaging en er heersen nog een aantal praktische vragen rond. De meest voorkomende vragen gaan over de bestrijding van spint, de zinvolheid van het gebruik van geënte planten in een tunnel en het ideale moment om een tweede planting komkommer te doen. Het doel van een nieuw CCBT-project van PCG is om telers een antwoord te bieden op bovenstaande vragen zodat ze weloverwogen keuzes kunnen maken die bijdragen tot een succesvolle en economisch rendabele komkommerteelt.
In de nieuwe EU bio-verordening wordt de nadruk gelegd op het handhaven en vergroten van de biologische activiteit in de bodem. Specifiek voor serres wordt het gebruik van groenbemesters (voor een korte periode) en een hogere plantendiversiteit opgelegd. Momenteel is over het gebruik van groenbemesters in biologische verwarmde serres echter nog heel weinig geweten. Er zijn ook nog heel wat vragen over de praktische mogelijkheid van het opnemen van groenbemesters in een rotatie met vruchtgroenten. Verkenning van soorten die als groenbemester gebruikt kunnen worden, op welk moment ze best ingezaaid worden en welke impact op de hoofdteelt verwacht kan worden, is dus aan de orde. Het doel van dit project is om telers inzicht te geven in de mogelijkheden en knelpunten van groenbemesters in serres zodat ze voorbereid zijn om de maatregel binnen de nieuwe EU bio-verordening op hun bedrijf te kunnen implementeren.
Ellen Dendauw
In de nieuwe EU bio-verordening wordt de nadruk gelegd op het handhaven en vergroten van de biologische activiteit in de bodem. Specifiek voor serres wordt het gebruik van groenbemesters (voor een korte periode) en een hogere plantendiversiteit opgelegd. Momenteel is over het gebruik van groenbemesters in biologische verwarmde serres echter nog heel weinig geweten. Er zijn ook nog heel wat vragen over de praktische mogelijkheid van het opnemen van groenbemesters in een rotatie met vruchtgroenten. Verkenning van soorten die als groenbemester gebruikt kunnen worden, op welk moment ze best ingezaaid worden en welke impact op de hoofdteelt verwacht kan worden, is dus aan de orde.
In de nieuwe EU bio-verordening wordt de nadruk gelegd op het handhaven en vergroten van de biologische activiteit in de bodem. Specifiek voor serres wordt het gebruik van groenbemesters en een hogere plantendiversiteit opgelegd. Momenteel is over het gebruik van groenbemesters in biologische verwarmde serres echter nog heel weinig geweten. In dat kader liggen er op het PCG dit jaar twee proeven aan binnen een CCBT-project. Deze proeven nemen de praktische haalbaarheid voor het opnemen van groenbemesters in een rotatie met vruchtgroenten onder de loep.
Op donderdag 30 juni 2022 vond naar goede jaarlijkse gewoonte het proefveldbezoek bio beschutte teelten plaats op PCG. De lopende proeven in zowel de verwarmde serres als de koepels werden toegelicht.
Er heersen een aantal vragen rond de teelt van aubergines. Recent zijn er ontwikkelingen in de beschikbaarheid van zowel zaadvaste als hybride rassen aubergine, wat het voor telers niet altijd evident maakt om de juiste keuze te maken. Ook (bodemgebonden) ziekten en plagen hebben een cruciale invloed op het welslagen van de teelt. Op heden is echter niet geweten hoe deze verschillende rassen op de markt van elkaar verschillen in gevoeligheid voor ziekten en plagen. Enten is een belangrijke teelttechnische maatregel die zeker in de verwarmde serreteelt zijn nut al bewezen heeft. Of de meerwaarde van enten in een tunnelteelt voldoende groot is om de meerprijs van geënte planten te compenseren is echter niet duidelijk. Het doel van dit project is om telers een antwoord te bieden op bovenstaande vragen zodat ze weloverwogen keuzes kunnen maken die bijdragen tot een succesvolle aubergineteelt.
Biolandbouwers, potentiële omschakelaars en andere geïnteresseerde landbouwers
De consumptie van aubergines stijgt en de teelt wint aan belangstelling. Op heel wat korte ketenbedrijven vormt een divers gamma aan aubergines dan ook een mooie aanvulling op het assortiment. Afhankelijk van de vraag worden aubergines in verschillende vormen, kleuren en maten geteeld, veelal in koepels. Zowel zaadvaste rassen als hybrides behoren tot de mogelijkheden. Het ruime aanbod maakt dat het voor telers niet altijd evident is om een gefundeerde rassenkeuze te maken. Via contacten met telers via voorlichting in de afgelopen jaren bleek bovendien dat de bodemgebonden schimmel Verticillium de aubergineteelt in tunnel een uitdaging maakt.
De bodemgebonden schimmel Verticillium zorgt voor een uitdaging bij aubergineteelt in de tunnel. In het kader van het CCBT-project rond de optimalisatie van de biologische aubergineteelt lag in 2021 op het PCG een rassenproef aan om te achterhalen hoe verschillende rassen paarse aubergines presteren in een tunnelteelt op vlak van opbrengst en ziektegevoeligheid voor Verticillium. Hierbij werd ook bekeken of het enten van de planten een meerwaarde kon zijn. Op basis van de opbrengsten uit deze proef werden de meest beloftevolle rassen geselecteerd waarna dit jaar verder onderzoek werd gedaan naar hun gevoeligheid voor Verticillium.
Recent zijn er ontwikkelingen in de beschikbaarheid van zowel zaadvaste als hybride rassen aubergine, wat het voor telers niet altijd evident maakt om de juiste keuze te maken. Ook (bodemgebonden) ziekten en plagen hebben een cruciale invloed op het welslagen van de teelt. Op heden is echter niet geweten hoe deze verschillende rassen op de markt van elkaar verschillen in gevoeligheid voor ziekten en plagen. Enten is een belangrijke teelttechnische maatregel die zeker in de verwarmde serreteelt zijn nut al bewezen heeft.
Er zijn heel wat rassen paarse aubergine op de markt, wat het niet eenvoudig maakt om een goede keuze te maken. Om te achterhalen hoe verschillende rassen paarse aubergine presteren in een tunnelteelt op vlak van opbrengst en ziektegevoeligheid voor Verticillium, werd een rassenproef met 8 verschillende rassen aangelegd. Bijkomend werd nagegaan of enten van aubergine een meerwaarde is voor een tunnelteelt.
Op dinsdag 6 juli 2021 vond naar goede jaarlijkse gewoonte het proefveldbezoek bio beschutte teelten plaats op PCG. De lopende proeven in zowel de verwarmde serres als de koepels werden toegelicht.
Op dinsdag 6 juli 2021 organiseerden we een proefveldbezoek in de bio beschutte teelt. Het programma omvatte het bezoek van de diverse komkommer-, paprika-, aubergine- en kurkumaproeven die aanliggen op PCG.
Zo hebben we op het proefcentrum een eigen primeur te pakken met de hydroteelt van aubergine, waarbij we de combineerbaarheid van deze teelt nagaan met deze van omegabaars. We testen hierbij verschillende auberginerassen en ook natriumgehaltes in de voedingsoplossing.
De droge periodes van de afgelopen jaren hebben kwetsbaarheden blootgelegd in het biologisch teeltsysteem van groenten in zowel de korte als de lange keten. Om deze droge periodes op te vangen, maken veel telers gebruik van verschillende irrigatiesystemen. Om een passend antwoord te kunnen bieden op de vele vragen die telers bij de verscheidene irrigatietechnieken hebben, werken drie CCBT partners Inagro, PCG en PSKW samen in een nieuw tweejarig project.
Teelten irrigeren kan met behulp van uiteenlopende irrigatietechnieken. De vragen die zich specifiek voor bio bij deze technieken aandienen, zijn vaak gelijklopend met de gangbare teelt. Toch zijn er ook belangrijke verschillen, onder meer door de typische diversificatie van biologische bedrijven, verschillen in saldi en de impact van de droogte op het functioneren van het bodem-ecosysteem, dat in biologische teeltsystemen van groter belang is dan bij gangbare.
Veel vragen zijn van praktische aard (welk water, welk systeem, welke dimensionering,…). Daarnaast is de kostprijs (investering, terugverdientijd,…) natuurlijk ook een belangrijk item. Omdat water schaars wordt, zijn telers ook op zoek naar zuinigere irrigatiemethoden. Daarbij wordt gekeken in de richting van druppelirrigatie met behulp van druppelirrigatieslangen. Om deze techniek vlot toepasbaar te maken in biologische teeltsystemen, ontbreekt nog veel kennis.
Verder zullen de drie partners in het project praktijkproeven uitvoeren met verschillende irrigatietechnieken. Zo worden er proeven aangelegd met verschillende irrigatietrappen om te zien of er met minder waterverbruik toch aanvaardbare opbrengsten en kwaliteit gehaald kan worden. Ook worden er proeven aangelegd met verschillende types druppelslangen, al dan niet ondergronds aangebracht om bijvoorbeeld de mogelijkheden en beperkingen van het meervoudig gebruik van druppelslangen te bepalen. In beschutte teelten worden verschillende irrigatietechnieken met elkaar vergeleken. Voorts testen we ook het gebruik van een aantal mulchmaterialen uit om enerzijds verdamping tegen te gaan en anderzijds ook onkruid te onderdrukken.
Verschillende technieken van watergift werden met elkaar vergeleken in een teelt cherrytomaat. Irrigatie via druppeltape, druppeldarmen en strookberegening werd met elkaar vergeleken.
Naast algemene vragen over irrigatieschema, starttijdstip per teelt, …, zijn telers ook op zoek naar zuinigere irrigatiemethoden. Daarbij wordt gekeken in de richting van druppelirrigatie met behulp van druppelirrigatieslang.
Op 18 augustus 2020 ging het proefveldbezoek rond de bio beschutte teelten in tomaat, paprika en GreenResilient/Irrigatie in bio door op het PCG.
Dankzij dit project willen we nagaan of kleine koepeltjes potentieel bieden voor biologische tuinbouwers om hun seizoen te verlengen. Aan de hand van een profopzet in het voorjaar én in het najaar zal na het project blijken welk type minitunnels het meest geschikt is en voor welk type bedrijf. Uit de resultaten van het onderzoek zal tevens blijken voor welke teelten dergelijke infrastructuur kan ingezet worden. Bijkomend zullen we een zicht krijgen op de grootte van investering en de totale extra arbeid bij het gebruiken van minikoepels.
Biologische tuinders die nog niet beschikken over beschutte oppervlakte of die slechts een beperkte oppervlakte beschut hebben en toch hun seizoen willen verlengen met meerdere teelten.
In een proef met minitunnels courgette werd nagegaan welk type minitunnel het meest geschikt is om een courgetteteelt te vervroegen in het voorjaar. Bijkomend werd nagegaan of de extra materiaal- en arbeidskost van dergelijke minitunnels opweegt tegen de gerealiseerde meeropbrengst.
Deze proef heeft als doel om verschillende materialen uit te testen waarmee minitunnels gemaakt kunnen worden. Verschillende boog- en afdekmaterialen worden naast elkaar uitgetest in een najaarsteelt van fijne bladgewassen met sla (Tombelo), veldsla (Calarassi), rucola (Selvatica). Zowel kant en klare constructies als zelf gemaakte constructies worden meegenomen in de proef. De arbeid, opbrengst en ziektedruk wordt geëvalueerd in de verschillende types tunnel.
In een proef met minitunnels courgette werd nagegaan welk type minitunnel het meest geschikt is om een courgetteteelt te vervroegen in het voorjaar. Courgettes van het ras Tosca werden op 3 april 2020 geplant op zwarte plastiek ruggen met een plantafstand van 75 cm in de rij. De tussenafstand tussen de rijen was 3 meter, dit om invloeden van de verschillende minitunnels op elkaar zoveel mogelijk te beperken. De verschillende types minitunnels (zie tabel 1) werden geplaatst op 3 april, vlak na plant. Op 15 mei 2020 werden alle minitunnels weggenomen.
Binnen dit project willen we nagaan of kleine koepeltjes potentieel bieden voor biologische tuinbouwers om hun seizoen te verlengen. Een overkapping zorgt voor een verlenging van het seizoen wat maakt dat telers op jaarbasis een grotere omzet kunnen halen. Sommige telers krijgen echter geen bouwvergunning om een permanente overkapping te plaatsen, andere zijn pas gestart en kunnen de investering van grotere koepels niet van bij het begin dragen. Kleine tunnels zijn een optie, maar of dergelijke kleine tunnelconstructies daadwerkelijk interessant zijn, zal afhangen van de grootte van de investering en van de arbeid nodig om deze te plaatsen en af te breken. Een correct gebruik van minitunnels om schimmelziekten zoveel mogelijk te beperken, is ook een uitdaging.
Op 28 juni 2019 kwamen de biotelers met beschutte teelten samen om de biologische paprika en komkommerteelt te bekijken. Tevens werd een korte bespreking gegeven over het GreenResilient project en het gebruik van minitunnels. Een overzicht van deze bioproeven zijn terug te vinden in de bezoekersgids.